Protocol is een onder andere een term die wordt gebruikt in object-georiënteerde programmeertalen. De term kan meerdere betekenissen hebben in dit verband, ook Interface en Eigenschap (Trait) worden gebruikt als synoniemen. Wat is Protocol en hoe worden Protocollen gebruikt in de praktijk?
Binnen software ontwikkeling wordt de term Protocol op verschillende manieren gebruikt afhankelijk van de omgeving en toepassing. Zo staat het vaak voor een wijze van communicatie tussen een object en de code die het object aanroept. Er zal dan een keten van processen op een standaard wijze worden uitgevoerd. Talen die gebruik maken van Protocollen zijn onder andere:
Er worden uniforme communicatieprotocollen vastgelegd zodat API’s contact met elkaar kunnen leggen en onderhouden. Een Protocol kan duiden op:
JavaScript WebSocket is een object dat de API voorziet van een verbinding met de server evenals het verzenden en ontvangen van data op de verbinding.
WPAD staat voor Web Proxy Auto Discovery Protocol, een technologie die een webbrowser ondersteunt in de detectie van de locatie van een PAC bestand op basis van DNS of DHCP. Een browser die ondersteuning biedt voor zowel DNS als DHCP zal eerst een PAC bestand via DHCP trachten te lokaliseren, wanneer dit niet mogelijk is wordt DNS WPAD gebruikt. Als geen van beide is ingesteld is het niet mogelijk om de pagina te openen.
Ook programmeertalen die niet object-georiënteerd zijn kunnen werken met Protocollen zoals de Go programmeertaal. Per taal kunnen er restricties zijn in het gebruik van Protocollen.