Multiscreening staat voor het gebruik van meerdere schermen tegelijkertijd. Denk aan het browsen op een mobiele telefoon terwijl je naar een Netflix serie op de televisie kijkt. Adverteerders maken gebruik van deze gewoonte om hun zichtbaarheid te verhogen, en op ieder scherm aanwezig te zijn. Wat is Multiscreening en hoe kun je als adverteerder de aandacht trekken van de doelgroep?
Het is een bekend fenomeen in menig huishouden; papa kijkt naar een voetbalwedstrijd op de televisie, mama leest een boek op haar tablet, zoonlief streamt Twitch en de dochter werkt haar status bij op Instagram omdat ze net een nieuw vriendje heeft. Iedereen samen in een ruimte, maar alle ogen in een andere richting. Ook alleenstaanden kunnen meedoen met Multiscreening, bijvoorbeeld door een live Twitter feed van diezelfde voetbalwedstrijd te bekijken terwijl er een nieuwe film speelt op Apple TV+. Het is moeilijker dan ooit om de ogen op een reclameboodschap gericht te krijgen.
De betekenis van Multiscreening lijkt angstaanjagend voor adverteerders, toch kent het ook nieuwe mogelijkheden. Een televisieprogramma zoals The Voice liet een speciale app ontwikkelen die de kijker live liet stemmen op hun favoriete deelnemers. Zo kon de producent twee schermen ‘kapen’. Andere adverteerders verwijzen in een televisiecommercial naar een website, met als doel dat de kijker direct van het passieve naar het interactieve medium overstapt. Er zijn ook broadcast uitzendingen met live commentaar online als bonus, of ‘overtime’ content direct na de uitzending.
Met name traditionele broadcasters voelen de druk van Multiscreening. Ze moeten nu concurreren met het internet. Daarom worden er vaak koppelingen gemaakt waarbij de broadcast uitzending centraal staat, met het online kanaal als aanvulling. Andersom komt minder vaak voor. De opkomst van streaming media, set top boxen en betaalde videodiensten zoals Netflix en Videoland heeft de grenzen tussen televisie en persoonlijke mobiele schermen vervaagd.